Tarwe in de VS heeft nauwelijks geprofiteerd van de regen die de afgelopen dagen is gevallen. Dat beeld wordt althans geschetst in het Crop Progress-rapport. De staat van tarwe in de VS blijft daarmee zorgelijk. Dat vertaalt zich echter niet in koers op de CBoT, waar tarwe wederom een tik heeft gekregen. Voor maïs en soja is de uitgangspositie beter.
De Matif was gisteren gesloten vanwege de Dag van de Arbeid. In Chicago was gisteren wel een normale handelsdag. De resultaten waren wisselend. Tarwe kreeg een flinke knauw te verwerken op de CBoT en sloot 2,6% lager op $6.03¾ per bushel. Het meicontract maïs pluste 0,5% waarmee het sloot op $6.39½ per bushel. De overige maïscontracten sloten iets lager. Soja zat wel over de hele linie in de plus. Het meicontract sloot 0,7% hoger op $14.54¾ per bushel.
Het Crop Progress-rapport van het USDA dat gisteren na sluiten van de beurs uitkwam, bevat volgens verschillende analisten geen grote verrassingen. Wintertarwe in de VS blijft een zorgenkindje. 42% van het areaal staat er slecht of zeer slecht op. Dat was vorige week nog 41%. De regen die vorige week gevallen is op de zuidelijke prairies heeft geen effect gehad op de conditie van de tarwe in de belangrijke staat Kansas, zo blijkt uit de cijfers van het USDA. Daar staat wel tegenover dat 28% van het totale areaal de rating goed of excellent krijgt van het USDA, om 26% van het areaal vorige week. Een kwart van het areaal staat in de aar en loopt daarmee iets voor op het vijfjarige gemiddelde dat op 23% staat voor deze periode. Het zaaien van zomertarwe loopt met 12% van het geplande areaal gezaaid fors achter op het vijfjarige gemiddelde dat op 22% staat. Van de zomertarwe die in de grond zit staat 2% boven. Het vijfjarige gemiddelde staat op 6%.
Dat de tarwenotering op de CBoT gisteren wederom een duikeling maakt, wekt bij verschillende analisten verbazing. De droogte en matige tot slechte stand van het gewas vertaalt zich doorgaans in een matige opbrengst. De huidige stand van de harde tarwe in de VS is slechter dan in 2006 en 2014, beide jaren die een hoger graanprijs inluidden.
Voorsprong maïs zaaien verspeeld
Met het zaaien van maïs boeken de Amerikaanse boeren meer voortgang. 26% van het geplande areaal zit erin en dat is gelijk aan het vijfjarig gemiddelde voor deze week. De voorsprong ten opzichte van het vijfjarige gemiddelde waarvan vorige week nog sprake was, is daarmee wel ingeleverd. Ook het zaaien van soja gaat volgens het boekje. Van het geplande areaal is 19% gezaaid tegenover 11% in het vijfjarige gemiddelde. Vorst in de Midwest heeft volgens enkele Amerikaanse media wel voor schade gezorgd in de vroegst gezaaide maïs en soja. Door de lage bodemtemperatuur en regen is het zaaien door verschillende boeren ook uitgesteld. Dit effect werd vorige week al verwacht in het Crop Progress-rapport, maar bleef toen uit. Nu is het dus wel zichtbaar in de USDA-cijfers. Analisten en handelaren worden daar overigens niet direct zenuwachtig van. De structuur van de grond is grotendeels goed en met gunstige weerberichten in het vooruitzicht kunnen er de komende dagen flinke slagen gemaakt worden, zo stellen enkele analisten.
Over de ontwikkelingen rondom de graandeal tussen Rusland en Oekraïne blijft het op het moment opvallend stil. Het Oekraïense ministerie van Landbouw kwam gisteren wel met nieuwe exportcijfers. In het seizoen 2022/23 is er tot 1 mei 41,595 miljoen ton graan geëxporteerd. De uitvoer voor de maand april is 3,619 miljoen ton. Vorig seizoen stond de exportteller op 45,869 miljoen ton en voerde Oekraïne in april 923.000 ton graan uit.