Nieuws van de OPEC-landen heeft de olieprijs deze week iets doen zakken. De ruzie is bijgelegd en voor nu zijn de gelederen weer gesloten binnen het kartel. De elektriciteitsmarkt blijft stabiel, met hoge prijzen. Zorgt de combinatie van zomerweer en een lagere vraag door de vakanties komende week voor een lagere stroomprijs?
De prijs voor olie is gezakt. Vorige week maandag (12 juli) was de prijs $75,20 voor één vat ruwe Brent-olie, om één dag later te stijgen naar $76,44 per vat. Na het nieuws over een voorlopige compromis bij de OPEC-landen daalde de olieprijs vanaf woensdag. Vrijdag (16 juli) kwam de prijs uit op $73,59 per vat.
Dat de olieprijs wispelturig is, komt volgens een groep analisten met name door het feit dat de stemming op de markt grotendeels wordt bepaald door de berichten over economische groei en de (verwachte) toenemende vraag. De prijs is daardoor in de laatste drie kwartalen flink gestegen, terwijl de productie maar zeer beperkt is bijgesteld.
Trager herstel?
Vooral in de lente leek het erop dat de vraag naar olie snel zou toenemen en op pre-coronaniveau zou komen in de tweede helft van het jaar. Maar indicatoren wijzen nu op een trager herstel van de economie. Zo neemt in de Verenigde Staten de voorraad benzine en diesel iets toe (een teken dat er minder gereisd wordt) en kleuren delen van Europa (zoals Nederland) rood op de coronakaart, vaak met extra maatregelen tot gevolg.
Voor de oliemarkt kunnen we niet om de soap die zich bij de OPEC+ afspeelt heen. De ruzie tussen Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten over wie hoeveel quotum krijgt en hoe de referentie vastgesteld moet worden, is voorlopig bijgelegd. Door een groep analisten werd al verwacht dat andere leden niet achter zouden blijven en meer eisen durven stellen. Dat gebeurt nu ook. Irak maakte namelijk bekend een ruimer quotum te willen. Voor komende maanden staan de afspraken vast, maar zeker op langere termijn kan de sluimerende onenigheid nog voor problemen binnen het kartel zorgen.
In de dieselprijs is weinig te merken van de kalmerende ruwe oliemarkt. Diesel blijft onverminderd duur, met een notering die afgelopen week rond de €109 per 100 liter lag. Volgens de verschillende analisten zullen de prijzen niet zo snel zakken. Daarvoor is het vertrouwen in economisch herstel te groot.
Dure stroom
De elektriciteitsprijs is stabiel hoog gebleven afgelopen week. Zondag 11 juli zakte de EPEX Spot notering naar €77,74 per MWh. Dinsdag 13 juli piekte de notering op €94,92 per MWh, om vervolgens de rest van de week rond de €85 per MWh te blijven schommelen.
De verwachting voor deze week is onzeker. In de regio's Noord en Midden is de zomervakantie begonnen, waardoor de vraag naar stroom doorgaans wat afneemt. Tevens wordt er goed weer voor de zonnepanelen voorspeld. Een prijsdaling zou zo bezien logisch zijn. Daar staat tegenover dat er nog steeds gewerkt wordt aan het elektriciteitsnet waardoor vooral 's nachts de import van goedkope stroom uit Scandinavië minder makkelijk is dan normaal.
Opwek duurzame energie groeit, maar niet snel genoeg
De wereldwijde vraag naar elektriciteit begint weer te groeien, volgens het International Energy Agency (IEC). Na een daling van de elektriciteitsvraag van 1% in 2020 voorziet het IEA voor 2021 een groei van 5%, en 4% voor 2022. De groei komt vooral voor rekening van Azië.
De IEA ziet dat de productie van duurzaam geproduceerde stroom hard groeit. Het is alleen onvoldoende om de stijgende vraag voor te blijven. Slechts de helft van de voorspelde groei zal ingevuld worden met hernieuwbare bronnen. Fossiele brandstoffen blijven nodig voor de andere helft. Wat daarbij opvalt is dat de rol van kolencentrales alles behalve uitgespeeld is. Dit jaar voorspelt de IEA dat 5% meer stroom door kolencentrales wordt opgewekt en in 2022 groeit dat verder met 3%. Vooral in Azië blijft steenkool een populaire brandstof.