De boterprijzen neigen het hele jaar al naar boven en hebben in de afgelopen twee weken opnieuw grote stappen gezet. Het stijgingstempo waar dit mee gepaard gaat, is zo hoog dat het bestaande prijsrecord uit 2022 voor het grijpen is. Hierbij rekening houdend met de krappe voorraden en een doorgaans goede vraag in de tweede helft van het jaar. Wel zakken de eveneens hoge Amerikaanse boterprijzen inmiddels weer terug.
De boternotering van DCA staat inmiddels op de grens van €7.000 per ton en een verdere prijsstijging ligt deze week in het verschiet. Vanuit historisch perspectief is dat zeer hoog. In 2022 - toen veel grondstofmarkten door de pas uitgebroken oorlog in Oekraïne overspannen reageerden - piekte de notering kortstondig op €7.410 per ton. Het langjarig gemiddelde van de botermarkt is krap €5.000 per ton.
In 2017 piekten de boterprijzen ook toen bij grootverbruiker Frankrijk de voorraden op waren, wel bleef de markt net onder de grens van €7.000 per ton steken. Naderhand zakten de prijzen weer terug tot zo'n 2.500 per ton, aan het begin van de coronacrisis. Dat de boterprijzen zomaar een paar keer over de kop kunnen gaan en ook weer rap omlaag, schetst de volatiliteit op deze markt. Niet voor niets wordt door handelaren weleens de vergelijking met de bitcoin gemaakt.
Als oorzaak van de huidige prijsopleving wordt opnieuw naar schaarste gewezen. Voorraden bij producenten zijn er niet of nauwelijks (vries)volumes, zo wordt gezegd. Vaak wordt in de eerste helft van een jaar een voorraadje aangelegd om in de tweede helft van het jaar uit te leveren, maar dat is de afgelopen maanden niet gelukt.
Exporteurs produceren minder
Deels van dit te staven door de productiecijfers. Europabreed daalde de productie in de eerste vijf maanden van dit jaar met ruim 2%, zo blijkt uit cijfers van Eurostat. Dat valt in zekere zin nog mee. Kijkend naar de productiecijfers van de vijf grote exporterende landen in Europa, die samen goed zijn voor 75% van de export, dan is de productie overal geslonken. De Poolse productie daalde met 4,5%, terwijl Ierland zelfs bijna 8% minder produceerde. In Nederland bedroeg de krimp 1,5%. Ook Frankrijk (-2,1%) en Duitsland (-0,6%) noteren beiden een min. Vooral de krimp in Polen is opvallend, aangezien de melkproductie daar in de afgelopen maanden behoorlijk toe is genomen. Dit duidt erop dat Poolse verwerkers ervoor kiezen om meer melk te verkazen, of de room op de Europese spotmarkt te verkopen wat ook lucratief is.
Cijfers over de Europese boterconsumptie zijn minder accuraat, maar zijn naar verwachting stabiel en in lijn met de langjarige trend. Gelijke vraag en dalende productie heeft vanzelfsprekend invloed op de voorraadcijfers. Officiële voorraadcijfers in Europa ontbreken echter. En de schattingen die door bedrijven gemaakt worden, zijn vaak log. Al met al is er veel sentiment in de markt geslopen wat leidt tot fors hogere prijzen. Ook op de termijnmarkt in Duitsland waar partijen hun risico's willen indekken, of juist vanuit speculatief oogpunt actief zijn. Het september-contract steeg daar eind vorige week tot €7.250 per ton, maar zakte daarna wel weer wat terug. Dit remt mogelijk ook het sentiment in de fysieke markt.
Amerikaanse markt
In de Verenigde Staten waren de boterprijzen ook aan een opmars bezig, maar zien we recent de markt wel overigens weer wat afbuigen. De officieel geregistreerde voorraden door het USDA zijn ook niet per se laag, maar wel lager dan een jaar geleden. Dit kan een remmend effect hebben op de Europese markt, al wordt 'maar' 10% van onze productie op de wereldmarkt afgezet. Toch lijken verdere prijsstijging op de Europese botermarkt waarschijnlijk, rekening houdend met het opwaartse sentiment dat het hele jaar in de markt zit.