Enkele jaren geleden nam de nieuwe generatie van der Post het familiebedrijf Compaxo over. Dertien neven en nichten zijn nu actief bij de varkensslachter en vleesverwerker met vestigingen in Zevenaar en Gouda. Met de overname werd ook een nieuw strategisch plan uitgewerkt waarvan de uitvoering inmiddels haar voltooiing nadert: een flink uitgebreid en volledig gemoderniseerd slachthuis waarmee de familie haar vertrouwen in de Nederlandse varkenssector onderstreept.
Binnen enkele minuten na het binnenstappen van het nieuwe imposante kantoorpand is eigenlijk de hele cultuur waarin er gewerkt en ondernomen wordt verteld. In T-shirt en spijkerbroek opent directeur Menno van der Post de poort waarna we het gesprek in de directiekamer beginnen. De 'doe maar gewoon'-zakenmentaliteit is aan alles af te lezen. Slechts een enkele deur en een glazen wand scheidt de kamer van het management van de inkoop- en verkoopafdelingen.
"We willen efficiënt werken en daar horen korte lijntjes bij", aldus van der Post terwijl we op grote beeldschermen het slachtproces live kunnen volgen. Hoewel ketens een steeds groter deel van de Nederlandse markt vertegenwoordigen, blijft de focus op kostenbeheersing een zeer belangrijke factor. Eigenlijk altijd, maar zeker voor de export georiënteerde Nederlandse markt. "Voor een groot deel wordt de varkens(vlees)prijs met de hoge zelfvoorzieningsgraad nog altijd op exportmarkten bepaald en het aanbod is op dit moment ruim voldoende. Wat echt betaald wordt, is krapte. Langzaam maar zeker zien we op dit moment positieve signalen vanuit meerdere hoeken."
Exportpositie bepaalde locatie
Dat exportmarkten voor Compaxo al lang een belangrijke rol spelen, blijkt uit de locatie van het slachthuis in Zevenaar. "In de vorige eeuw was de Duitse markt een hele belangrijke afzetmarkt voor Nederlands varkensvlees. In de jaren '70 en '80 van de vorige eeuw wilde de vorige generatie graag zelf het vleeswarenbedrijf in Gouda van input voorzien. Omdat bij het openen van een eigen slachthuis er ook vlees en karkassen verkocht zouden gaan worden, werd er een locatie gezocht in de buurt van de Duitse grens. Hiermee hadden we goed toegang tot de Duitse markt en bovendien waren de varkensdichte gebieden in de Achterhoek en Twente relatief kortbij. Een mooie combinatie dus."
Met de opening van een eigen slachthuis werd Compaxo een meer exportgerichte vleesonderneming. Tegenwoordig is Duitsland niet meer de belangrijkste afzetmarkt en beleverd het bedrijf tientallen landen wereldwijd met varkensvleesproducten. De locatie in Gouda, waar vleeswaren worden geproduceerd, is wel vooral gefocust op de binnenlandse markt. Ongeveer 10% van het volume uit Zevenaar wordt uiteindelijk door het bedrijf in de Goudse fabriek verwerkt. "Toch zijn ze in Gouda niet verplicht bij ons af te nemen, soms krijgt men in Gouda een scherper aanbod en dat is prima."
Uitbreiding en modernisering slachthuis
Hoewel de varkensvleesketen zich al een tijdlang in lastig vaarwater bevindt, wordt er in Zevenaar binnenkort de laatste hand gelegd aan een flinke uitbreiding en modernisering van de slachterij. Eind 2020 werd er met het project aangevangen. Op tal van punten is de slachtlijn vernieuwd en/of uitgebreid: de wachtstal voor aangevoerde varkens is vergroot, er zijn extra aandrijfruimtes richting de verdoving aangelegd, de verdovingscapaciteit is uitgebreid en ook beschikt de locatie over een compleet nieuwe snijzaal en een flink vergrote opslagcapaciteit voor karkassen. Dit alles moet de rust in de aanvoer van de slachtlijn ten goede komen en daarmee het dierenwelzijn nog verder verbeteren.
"Toen we als nieuwe generatie in het bedrijf kwamen, hebben we onszelf de vraag gesteld: gaan we pappen en nathouden of zetten we serieuze stappen om straks klaar te zijn voor de toekomst. We hebben er voor gekozen om de schouders er onder te zetten en te willen werken aan verdere groei van het bedrijf."
Compaxo heeft haar marktaandeel de afgelopen decennia flink weten uit te breiden en is in aantallen inmiddels het vierde slachthuis van het land, na Vion, Van Rooi en Westfort. "Enkele decennia terug slachtten we zo'n 10.000 varkens per week op een Nederlands totaal van destijds 400.000 stuks per week. Waar het aantal in Nederland verwerkte dieren nu rond de 300.000 stuks in de week ligt, verwerken we op het moment zo'n 32.000 varkens in de week. Sinds 2014 hebben we het aantal slachtingen daarmee met zo'n 10% en uitgebreid en met de nieuwe investeringen willen we graag op een gezonde manier verder groeien."
Over de doelstelling qua aantal slachtingen wijdt van der Post niet verder uit. Het vloeroppervlak is in de nieuwe bedrijfsopzet in Zevenaar straks in ieder geval verdubbeld.
Voor een krimp van de veestapel is Compaxo vooralsnog niet bang. "Ons bedrijf heeft meerdere stormen doorstaan. Bovendien gaan er veel biggen en vleesvarkens naar het buitenland, met name Duitsland. Door de 5-D strategie aldaar, is de export van biggen en varkens minder interessant geworden en blijven er mogelijk meer varkens in eigen land. Het vergrootglas waaronder de veehouderij in ons land ligt, is voor iedereen in de keten een punt van zorg, maar we moeten van onze eigen (innovatie)kracht kunnen uitgaan."
Van der Post geeft aan dat de uitgangspositie van Nederlandse slachthuizen de afgelopen jaren wat is verbeterd en de uitbetalingscapaciteit ten opzichte van Duitse concurrenten zich ook positief ontwikkeld heeft. "Duitsland kende tot 2015 geen minimumloon. De invoering hiervan heeft onze concurrentiepositie een impuls gegeven. Vervolgens heeft de uitbraak van Afrikaanse varkenspest ervoor gezorgd dat onze exportpositie ook duidelijk gunstiger is ten opzichte van Duitse concurrenten. Per saldo kunnen we daarom gemiddeld genomen beter concurrerende prijzen betalen."
Duitse inkoopprijs geeft druk
Toch lijkt van dat laatste op dit moment geen sprake te zijn. Waar Compaxo haar inkoopnotering dit jaar €0,46 per kilo geslacht gewicht naar boven toe heeft bijgesteld (in lijn met de Nederlandse markt) verhoogden de Duitse slachthuizen de prijzen met zo'n €0,60 per kilo geslacht gewicht. Hoewel het daardoor lijkt alsof de Nederlandse noteringen achterblijven, is van der Post van mening dat de Duitse noteringen te hard zijn gestegen en lager stonden.
"Ik snap dat het voor varkenshouders vreemd lijkt, zeker omdat onze exportpositie in verhouding beter is. Er wordt in de Duitse slachtsector echter erg veel pijn geleden op het moment. In alle van onze omringende landen zijn de varkensprijzen minder hard gestegen dan in Duitsland. Het is ook daarom dat Duitse slachthuizen weinig interesse hebben om extra te slachten. Het is voor Duitse partijen waarschijnlijk niet interessant om voor de inkoopprijzen daar extra varkens in te kopen. Dan kun je de haken beter leeg laten. De ophef rondom de Duitse noteringen vorige maand zijn in die zin een teken aan de wand, dat ontstaat wel met een reden."
Voorzichtig positief
Compaxo heeft goede banden met verscheidene varkenshandelaren voor de levering van slachtrijpe varkens. "Deze samenwerking koesteren we. Wij hebben geen behoefte om directe leveringscontracten met varkenshouders af te sluiten of iets dergelijks. Dat de varkensprijzen te laag zijn, is een understatement. Wij betalen ook liever €2 per kilo, maar op dit moment is daar geen ruimte toe. Wel ziet Compaxo voorzichtig een kentering ontstaan. "Op het moment zien we al een goede vraag uit Zuid-Korea, de Filipijnen en Japen. Ook uit China komt iets meer interesse, ook naar luxe vlees. Daarbij heeft Mexico kortgeleden de importtarieven voor varkensvlees verlaagd en zijn ook andere landen voornemens dat te doen. Ook de export naar Australië loopt zeer behoorlijk door. Aan de aanbodzijde zien we dat de slachtaantallen in de Verenigde Staten flink lager uitvallen en dat ook in China het aantal zeugen op het moment duidelijk kleiner is dan vorig jaar. Uiteindelijk dragen alle continenten bij aan de totstandkoming van de varkensprijs. Voor de komende maanden zijn wij voorzichtig optimistisch, ook vanwege de krimp van de varkensstapel in Duitsland en Nederland."
De focus op exportmarkten betekent niet dat het bedrijf helemaal niets doet in concepten. "De afzet van onze vleeswaren uit Gouda is veelal gericht op Nederland en vereist daarmee voor een flink deel 1 ster Beter Leven-varkens. Ook slachten we op basis van loonslacht wekelijks varkens uit bepaalde concepten. Op de locatie in Zevenaar hebben we een tijdje geen 1-ster-varkens kunnen slachten, maar sinds enkele weken slachten we deze wel weer."
Wederzijds belang
Uiteindelijk hebben de partijen in de keten elkaar nodig om voor de keten een goed toekomstperspectief te creëren. "Wij als slachterij hebben samen met de varkenshouder een gemeenschappelijk belang om de productie internationaal goed tot waarde weten te brengen. Dat is met een Europese zelfvoorzieningsgraad tussen de 120% en 130% nog altijd erg belangrijk voor het realiseren van een kostendekkende varkensprijs. Met de huidige investeringen laten we zien dat we vertrouwen hebben in het perspectief van onze sector."
Dit artikel is geschreven in samenwerking met Wouter Baan.