Na een min of meer stabiel eerste kwartaal (-0,1%), is de economie het tweede kwartaal ten opzichte van een kwartaal eerder een ronde 1% gegroeid. Vooral de export was hier de aanjager aan. Zo werden onder meer voedingsmiddelen vaker uitgevoerd.
De eerste drie kwartalen van 2023 liep het bbp kwartaal op kwartaal terug waarmee officieel sprake was van een recessie. In het laatste kwartaal van vorig jaar werd dat patroon doorbroken met een kleine groei. Nu is er dus een wat stevigere groei van een ronde 1%. Het CBS schrijft deze groei vooral toe aan de goederenexport, die samenhangt met de groei van de industrie. Ook vergeleken met het tweede kwartaal van 2023 is er een bbp-groei te bespeuren (+0,8%).
De uitvoer van goederen en diensten steeg 1,3%. Deze stijging is vooral te danken aan de export van chemische producten, voedings- en genotmiddelen, en machines en apparaten van eigen bodem. De invoer steeg minder hard (+0,4%) waardoor het handelsoverschot groter werd. Daarnaast droegen investeringen (+0,4%) en overheidsconsumptie (+1,0%) bij aan de groei.
Het CBS publiceert ook de laatste exportcijfers over juni. Die maand is het exportvolume 1,0% gedaald vergeleken met juni 2023. Vooral de uitvoer van machines, aardolieproducten, voedings- en genotmiddelen en transportmiddelen was lager. Volgens de CBS Exportradar van augustus waren de omstandigheden voor de export ongunstiger dan in de radar van juni, wat een indicatie geeft van het klimaat, maar niet wil zeggen dat er per definitie minder uitgevoerd is.
Consumptie huishoudens daalt
De consumptie door huishoudens daalde in het tweede kwartaal van 2024 wel, op kwartaalbasis met 1,0%. Gecorrigeerd voor prijsveranderingen werd er minder uitgegeven aan voedings- en genotmiddelen en energie. Ook werd er minder besteed in de horeca, wat wordt toegeschreven aan het slechte voorjaarsweer. De nieuwe cijfers over juni laten ook een daling zien (-0,7% op jaarbasis). Consumenten hebben in juni voor 2,8% minder voedings- en genotmiddelen gekocht dan in juni 2023 (voor prijsveranderingen gecorrigeerd). Volgens de consumptieradar van juli waren de omstandigheden voor de consumptie in juli minder gunstig dan in juni, aldus het CBS.
Waar de toegevoegde waarde (het verschil tussen productie en verbruik van energie, materialen en diensten) van de industrie het eerste kwartaal nog daalde, steeg deze in het tweede kwartaal met hetzelfde percentage (+3,3%) het hardst van alle sectoren. Vergeleken met hetzelfde kwartaal van 2023 valt de toegevoegde waarde van de industrie echter 0,6% lager uit. De toegevoegde waarde van de landbouw kromp kwartaal op kwartaal opnieuw, maar wel iets minder dan in het eerste kwartaal (-0,7% versus -1,0%).
Beter dan belangrijkste handelspartners
Het Nederlandse bbp groeit met 1% harder dan gemiddeld in de Europese Unie (+0,3%) en ook harder dan die van de belangrijkste handelspartners. De economie van Frankrijk en België groeide met respectievelijk 0,3% en 0,2% en het bbp van Duitsland daalde 0,1%. De VS kende in het tweede kwartaal een groei van 0,7%.
Arbeidsmarkt iets minder krap
"Op de arbeidsmarkt is het beeld erg stabiel. Met 108 vacatures voor elke 100 werkelozen was de arbeidsmarkt iets minder krap dan in het voorgaande kwartaal", aldus CBS-hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen in een videobericht.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
