Dirk Duijzer is ruim een jaar voorzitter van de topsector Agri & Food. Een raar jaar was het. Niet alleen door de coronacrisis, maar ook maakte Duijzer de tongen los met zijn visie op bulkexport en kringlooplandbouw. Op Boerenbusiness TV vertelt hij over de ontwikkelingen in de agri- en foodbusiness en blikt hij vooruit op de Dutch Food Week komend najaar.
De huidige voorzitter van de topsector Agri & Food, Dirk Duijzer, trad vorig jaar vrij stilletjes in de voetsporen van Aalt Dijkhuizen. Duidelijk werd na een tijdje dat kringlooplandbouw een van zijn speerpunten is, maar ook innovatie en samenwerking staan bij hem hoog op de agenda. "Je kunt het inmiddels niet meer allemaal alleen doen."
Het eerste jaar als voorzitter van de Topsector Agri & Food zit erop. Een bijzonder jaar met het oog op het coronavirus. Hoe heb jij het ervaren?
"Het was inderdaad een bijzonder jaar. Bij de start van het jaar kregen we al snel met de coronacrisis te maken. In het begin dachten we dat dit de agrarische sector heel hard ging raken en dat is aanvankelijk ook zeker gebeurd. Denk maar aan de stroeve handelsstromen. Het was een schok voor veel bedrijven, maar uiteindelijk verliep het herstel ook snel. In het najaar hadden we zelfs het idee dat de land- en tuinbouw het beter deden dan vrijwel alle andere sectoren in Nederland. Dat was toch een leuke opsteker."
Heb je door de coronacrisis ook zaken gemist in je functie als voorzitter?
"Niet zozeer gemist, maar wat je erbij kreeg was dat het ministerie je meteen betrekt bij financiering van bedrijven. Dit had de hoogste prioriteit en pas daarna was er weer aandacht voor innovatie. De vraag was echter of er bij bedrijven ruimte was om na te denken over innovatie. Kort later waren er alweer de voorbereidingen voor een nieuw kabinet. Als topsector moeten we dan natuurlijk weer schakelen: wat willen wij het kabinet meegeven?"
Wat willen jullie als Topsector Agri & Food komend jaar en de periode daarna bewerkstelligen?
"Komend jaar willen we vooral inzetten op samenwerking. Gezondheid is een steeds belangrijker thema en voedsel is daar een belangrijk onderdeel van. Innovatie, DNA-technieken, nieuwe stalsystemen. Het zijn allemaal prachtige initiatieven om de sector beter te maken. Maar we kunnen het niet allemaal meer alleen. Samenwerking – onder meer met de andere topsectoren in het land – moet dus wel een speerpunt zijn. In de jaren daarna willen we verder inzetten op het Groeifonds en ons plan 'Foodswitch'. We willen dit plan nog verder aanscherpen en verbeteren. Komende jaren moeten we door kunnen gaan met dat plan."
Als we kijken naar de huidige ontwikkelingen in de agri- en foodbusiness. Wat speelt dan nu en waar zitten de uitdagingen?
"De sector ontwikkelt zich in het algemeen best positief. Vooral als het gaat over productie, handel en hoe onze producten wereldwijd bekend staan. Waar de discussie zit, is in het binnenland. En dan bedoel ik met name de discussie met de samenleving. Het lijkt wel alsof er een middelpunt vermijdende kracht is. Je mag niet bij elkaar komen, ook niet qua standpunten. Het moet allemaal zo ver mogelijk uit elkaar komen. Dat lijkt deze periode het leukste spelletje te zijn. Maar uiteindelijk moet je toch bij elkaar aan tafel komen om zaken te doen. Het heeft geen zin om de uitersten te zoeken. Daar vind je geen oplossingen."
Ketensamenwerking is inderdaad een hot topic geworden. Hoe kijk jij daar tegenaan?
"Dat is in mijn ogen altijd al heel belangrijk geweest. Maar het is lastig. De sector bestaat uit harde werkers, veel kapitaal en lage marges. Daardoor is er altijd spanning geweest en dat begrijp ik. Inmiddels zijn er wel steeds meer supermarkten die wel in gesprek willen gaan met boeren en tuinders en dat levert ook zeker wat op. Ook de politiek staat open voor meer samenwerking met de keten. Maar de vraag is: hoe dwing je dat in een vrije markt? Dat is en blijft lastig."
Als die supermarkten hun hand uitsteken naar de boeren en tuinders, betekent dat dan dat het vertrouwen bij de losse ketenpartijen nu voldoende is om ook echt wat te bereiken?
"Ik denk inderdaad dat dit vertrouwen toeneemt, maar het is nog niet voldoende. De supermarkt heeft ook geen megamarge. Het heeft allemaal met het publiek te maken, de consument. Die is zeer verwend in Nederland, die vindt van alles van de landbouw, de boeren en de tuinders, maar betalen.... Ho maar. We hebben nog steeds het laagste aandeel als het gaat om het consumentenpatroon. Het is daarmee ongeloofwaardig dat juist zij die eisen stellen. Boeren voelen dit als een onterecht aanval, omdat toch niemand wil betalen. Ik begrijp dat wel. Alleen het helpt ook niet om iedereen tot een vijand te maken. Dat is de andere kant van het verhaal."
Hoe kan de politiek hierin een rol spelen?
"De politiek moet niet telkens alles in uitersten zoeken. Ze moeten geen paardenmiddel (lees: een krimp van de sector) voorop stellen. Je moet juist kijken wat de sector zelf kan veranderen. Innovatie helpt daarbij. Denk aan nieuwe stalsystemen. Ik denk dat we tegen 2030 een stikstofreductie van 25% kunnen behalen. Misschien vinden ze dat te weinig, maar dan moeten we nadenken hoe we dat percentage kunnen verhogen. Tijd en innovatie zijn het belangrijkste. Ik heb er vertrouwen in dat we dat kunnen halen."
Je noemde het eerder al, aan tafel gaan. Het is ook het thema van de Dutch Food Week. Is het bewust met die reden gekozen?
"Ja, aan tafel ben je gewend om normaal met elkaar te praten over zaken. De metafoor in de sector was natuurlijk altijd: 'Aan de keukentafel doe je zaken'. Wij willen dat partijen ook nu met elkaar om tafel gaan zitten. Ik nodig ook iedereen uit. Ook iedereen die een vooropgezette mening heeft tegen de landbouw. Kom aan tafel en ga het gesprek aan. We zijn een klein land en hebben elkaar nodig."
Het is een duidelijk signaal. Is de Dutch Food Week voor je geslaagd als iedereen aan tafel komt?
"Ik ben tevreden als we elkaar aanhoren aan tafel en er vervolgens ook nog wat mee wordt gedaan. We willen als sector een toekomst hebben. We willen zekerheid, vertrouwen en rust. Het is immers anders niet mogelijk om te investeren. Alle landen waar tegenstellingen de overhand hebben, daar komt geen bal van terecht. Dat weten wij ook. Laten wij als Nederland op dat punt geleerd hebben van de omgeving. Als de basis niet op orde is en we niet met elkaar aan tafel kunnen, dan zijn we ver van huis. Dus ik zeg: Kom thuis, ga aan tafel zitten en doe zaken."
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.