De voedselprijsindex van de Food and Agriculture Organization (FAO), die een mand met granen, plantaardige oliën, vlees, zuivel en suiker bevat, steeg afgelopen mei naar het hoogste niveau in tien jaar. Hoewel inmiddels een stevige daling is ingezet, verschillen de meningen over de toekomst van de voedselprijs sterk. Daar waar de een denkt dat de prijzen naar het laagste niveau ooit kunnen dalen, verwacht de ander dat de weg omlaag tijdelijk is. Wat zijn de argumenten voor beide gedachtegangen?
De prijzen van sojaolie zijn de op de Chicago Mercantile Exchange in een jaar tijd meer dan verdubbeld. Tegelijkertijd zijn de prijzen van varkens en ethanol met zo'n 75% toegenomen. Ook andere grondstoffen, zoals maïs, palmolie, koffie en suiker, noteren op recordniveaus. En hoewel de voedselprijzen altijd al cyclisch zijn geweest en in deze periode hoger noteren, is het niveau van vandaag de dag wel heel extreem. Zelfs met de recente, extreme daling van de voedselindex in beeld. Er is namelijk volgens analisten voldoende reden om aan te nemen dat de huidige verstoringen niet onmiddellijk zullen verdwijnen als de coronacrisis naar de achtergrond verschuift.
Vier redenen voor een hoge voedselprijs
De Chinese honger naar eiwitten, in combinatie met de aanhoudende effecten van de uitbraken van Afrikaanse varkenspest, zal bijvoorbeeld niet van de ene op de andere dag verdwijnen. Bovendien is een korte periode van voedselinflatie – zo schrijven de analisten – schadelijk voor de armsten ter wereld. Vier redenen waarom de voedselprijs volgens hen de komende periode nog hoog blijft.
1. Grondstoffenprijzen
De prijs voor voedsel wordt niet alleen bepaald door wat op je bord ligt. De prijzen voor de grondstoffen van voedsel zijn net zo belangrijk. Neem als voorbeeld maïs. Slechts 25% van de Amerikaanse oogst wordt direct geconsumeerd, onder meer in taco's, ontbijtgranen, suikermaïs en popcorn. Ongeveer 40% van diezelfde oogst wordt omgezet in ethanol voor bijmenging van benzine. En nog eens 33% wordt gebruikt voor veevoer. Al deze factoren tezamen hielp de maïsnotering afgelopen mei naar het hoogste punt in acht jaar. De benzineproductie in de Verenigde Staten kwam in juni voor het eerst sinds twee jaar boven de tien miljoen vaten per dag uit, voornamelijk omdat het aantal weggebruikers weer steeg. En de voerproductie nam eveneens een vogelvlucht, door de stevige vraag vanuit China.
2. Zuivel
Ook de zuivelprijzen stegen dit jaar fors. Op de Global Dairy Trade in Nieuw-Zeeland steeg de prijs voor volle melkpoeder afgelopen jaar naar een piek van $4.364 per ton. Dat was het hoogste niveau sinds 2014. Ook hier speelt China een belangrijke rol. Door de stijgende inkomens in het land, steeg de verkoop van producten als taarten en gebak. Het land zelf heeft moeite om de binnenlandse productie te verhogen en daarmee begeeft het zich volop op de wereldmarkt. Tegelijkertijd kampen melkveehouders met hogere voerkosten en zijn zij dus sowieso genoodzaakt om de verkoopprijzen van hun product te verhogen om het rendabel te houden.
3. Varkensvlees
Niet alleen de vraag naar vette zuivelproducten is sterk in China, ook de vraag naar varkensvlees rijst de pan uit. Sinds de varkensstapel gedecimeerd is als gevolg van Afrikaanse varkenspest, is de productie in eigen land fors lager. Mede hierdoor steeg de prijs voor varkensvlees in juli met 85,7% in vergelijking tot een jaar eerder. De totale voedselinflatie nam hierdoor met 2,7% toe. Afgelopen periode is de prijs overigens wel weer flink gedaald. Sinds het begin van dit jaar is de varkensstapel namelijk snel gestegen. Boeren die hoge prijzen verwachtten, boden hun varkensvlees in groten getale aan. Maar toch is niet de verwachting dat die daling stand kan houden.
4. Droogte
Een vierde reden waarom de voedselprijzen volgens analisten komende periode nog hoog blijven, is de droogte in veel productieregio's. Brazilië kampt dit seizoen met de ergste droogte in bijna een eeuw tijd, waardoor de oogstprognoses met bijna 11 miljoen ton zijn gedaald. In Argentinië en de Verenigde Staten is de situatie ook niet mals. Zoals hierboven beschreven, is er wel een grote vraag naar grondstoffen. Met name vanuit China. Dit zorgt voor een continue onbalans tussen de vraag en het aanbod.
FAO verwacht juist lagere prijs
Naast de groep hierboven, die verwacht dat de voedselprijzen ook na de coronacrisis hoog blijven, is er nog een groep die verwacht dat de voedselprijzen komend decennium dalen tot historisch laag. "De stijgende voedselprijzen van het afgelopen jaar waren slechts een kortstondig effect van de coronapandemie", zo schrijft de Food and Agriculture Organization en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) in een recent rapport. Zij verwachten dat de voedselprijzen zullen blijven dalen, omdat de productie van grondstoffen als tarwe, maïs en soja hoog blijven. Er wordt een jaarlijkse groei in de agrarische productie verwacht van 1,4%.