Droogte, vorst en corona. Alle drie hebben ze invloed op de wereldmarkt van koffiebonen. Brazilië en Vietnam, de twee grootste leveranciers ter wereld, kampen met een fors lagere opbrengst door de eerdergenoemde drie thema’s. Dit in combinatie met de extreem hoge verzendkosten, zorgt ervoor dat de prijs voor zowel Arabica en Robusta voorlopig hoog zullen blijven.
Afgelopen vrijdag, 1 oktober, was het de Internationale Dag van de Koffie. Een dag die zes jaar terug voor het eerst geïntroduceerd werd door de International Coffee Organization (ICO) om het product en de uitdagingen in de productieketen onder de aandacht te brengen. Afgelopen jaren stond de dag vooral in het teken van de lage prijzen die koffieboeren krijgen. Dit jaar niet. Dit jaar was aandacht voor de extreme prijsstijging van koffiebonen. Die prijsstijging heeft alles te maken met de extreme weersomstandigheden wereldwijd. Analisten noemen de stijgende koffieprijzen inmiddels zelfs 'een duidelijk gevolg van de klimaatverandering'.
Met name de weersextremen in Brazilië – het land dat zo'n 35% van de wereldwijde koffiebonenoogst voor zijn rekening neemt – zijn van invloed op de wereldmarkt. Het is niet per se vreemd dat de oogst in Brazilië lager uitpakt dan in andere jaren, want dit gebeurt regelmatig. Klimaatverandering is immers een bekend langetermijnrisico voor gewassen als koffie, chocolade en wijndruiven. Producenten dekten het tekort dan vaak af met bonen uit voorraad. Dit seizoen lijkt dat niet mogelijk te zijn. De oogst is namelijk dramatisch laag. Het Braziliaanse landbouwministerie spreekt zelfs over de kleinste oogst in twaalf jaar tijd. Dit komt door een combinatie van droogte eerder in het seizoen en recentelijke vorst.
Prijzen al maanden abnormaal
Als gevolg hiervan zijn de prijzen voor koffiebonen al sinds oktober vorig jaar stijgende. Over de afgelopen twaalf maanden is de C-prijs voor Arabica op de New York International Commodity Exchange gestegen van $1,07 per pond (ofwel 453 gram) naar $1,95 per pond. Een stijging van zo'n 80%. Omgerekend naar euro's per ton gaat het op de ICE om een stijging van €1.400. In juli werd het hoogtepunt bereikt, een niveau van $2,08 per pond. Vandaag de dag staat Arabica op de ICE op een notering van omgerekend €3.803 per ton. Het op één na hoogste niveau sinds augustus 2015.
Maar niet alleen de prijs voor Arabica stijgt, ook het minder populair Robusta wordt een stuk duurder. Over de afgelopen twaalf maanden is een stijging zichtbaar van 30%. Vandaag de dag wordt een prijs genoteerd van ongeveer $2.111 per ton, oftewel: €1.819 per ton. Dat de prijs van Robusta nu ook stijgt, komt door een verschuiving in de vraag. Arabica is té duur en dus wordt overgestapt op Robusta. Tegelijkertijd kampt de op één na grootste koffiebonenproducent ter wereld, Vietnam, met productieproblemen als gevolg van de grootste corona-uitbraak sinds de start van de pandemie. Ook hier is de voorraad dus niet al te groot.
Toekomst blijft onduidelijk
De vraag is nu wat de toekomst gaat bieden. Het is in deze tijden lastig om een exacte voorspelling te doen, maar voor analisten is al wel duidelijk dat we nog lang niet af zijn van de hoge koffieprijzen. Het kan namelijk tot vijf jaar duren voordat koffiebomen 'volwassen' zijn, wat betekent dat het een aantal seizoenen duurt voordat de omvang van de schade door de droogte en vorst duidelijk wordt. Mocht de schade maximaal zijn – zoals verschillende analisten verwachten –, dan kan de prijsbarrière van $3 of $4 per pond zomaar verbroken worden. En dat is geen vreemde gedachte.
De zogenaamde 'wereldprijs van koffie', samengesteld door IBISWorld, is dit jaar namelijk al met 21,6% gestegen naar $3,65 per kilo. Die prijs is gebaseerd op de gemiddeldes van de maandprijzen van Arabica en Robusta. IBISWorld gaat ervan uit dat de prijs dit jaar nog kan stijgen tot $4,44 per kilo. Het beperkte aanbod, in combinatie met de gigantische vervoerskosten liggen hieraan ten grondslag. Een enkele verzending kan zomaar $10.000 kosten, terwijl dat voor de coronapandemie nog 'maar' $3.300 was. Het kan volgens analisten daarom niet anders dat deze kosten komende periode doorberekend moeten worden aan de verschillende schakels in de keten, waaronder de consument.