De Europese termijnmarkt voor tarwe sloot maandagavond €21,75 hoger dan de slotkoers van vrijdag. Daarmee staat het contract voor levering in september op een record. Deze prijsrally is ingezet door zorgen over een exportverbod voor tarwe in India en steeds meer droogte in Europa.
Ook de termijnnotering voor tarwe op de CME in Chicago sloot hoger. Het julicontract sloot op $12,47 per bushel. De maximale prijsstijging van 6% werd gisteren behaald, al voor de daghandel startte. Vervolgens werd de handel bevroren. De belangrijkste reden voor de stijging is het nieuws dat India de tarwe-export aan banden wil leggen. Hittegolven hebben schade aangericht en de voorraden, die zich al niet op een hoog niveau bevinden, kunnen mogelijk niet worden aangevuld. Daarbij is voedselinflatie ook in India een belangrijk thema.
Met het grotendeels wegvallen van Oekraïne zag het land een glansrol voor zichzelf weggelegd. Nu blijkt dat het de hand mogelijk heeft overspeeld. Een voorspelde export van 10 tot 12 miljoen ton is zeker niet haalbaar. Analisten reageerden wisselend op het nieuws. Details zijn grotendeels onbekend. Zo werd tegelijkertijd bekend dat reeds vastgelegde orders wel gehonoreerd worden. Onder andere Egypte heeft al 500.000 ton tarwe van India gekocht. Daarmee heeft de exportban mogelijk minder effect dan aanvankelijk werd gedacht.
Aanknopingspunten zoeken en evalueren
Aanhoudende droogte in Europa zorgt ervoor dat analisten en handelaren scherp letten op de opbrengstprognoses. Vooral in Frankrijk is droogte een bedreiging voor gewassen als tarwe. In het land viel de afgelopen dagen wel wat neerslag, maar niet voldoende om de granen er bovenop te helpen. De markt doet het vandaag overigens waarschijnlijk wel rustiger aan. Het is zoeken naar aanknopingspunten en evalueren hoe de wereldmarkt er nu voor staat.
Rusland staat er goed voor, maar het exporteren van voldoende graan is en blijft een uitdaging. In Oekraïne zijn de groeiomstandigheden goed, maar is het areaal fors kleiner. Eveneens is de uitvoer een gigantisch probleem. De Amerikaanse markt kan zich vastklampen aan de Crop Progress-cijfers over de inzaai van maïs en soja. Het ministerie van Landbouw in het land (USDA) laat weten dat afgelopen weekend 49% van alle korrelmaïs in de grond zat. Gemiddeld was dat in de voorbije vijf jaar 67%. Daarmee hebben boeren veel werk verzet in een week tijd.
Van de sojabonen is 30% nu gezaaid, tegenover 39% gemiddeld. Zomertarwe staat op 39%, tegenover 67% gemiddeld. Analisten verwachten dat er deze week opnieuw veel gezaaid wordt. De omstandigheden zijn op veel plekken in de 'corn belt' goed. Bijna de helft van de Amerikaanse wintertarwe staat nu in de aar. Daarmee loopt de groei iets achter. Maar slechts 27% wordt als 'good to excellent' geclassificeerd. Ongeveer 41% valt in de categorie 'poor to very poor'. Vorig jaar stond bijna de helft van de wintertarwe er goed voor.
In de nachtelijke handel plust de notering in Chicago opnieuw, maar niet met de grote sprongen van gisteren (16 mei). Er kwam 20 dollarcent bij op het julicontract. Het is voor de granenmarkt zoeken naar de volgende stap. Een tarweprijs ver boven de €400 per ton is uitzonderlijk. Kan een nieuwe stap worden gemaakt, of volgt een correctie? Dat hangt in de eerste plaats af van het weer. Verspreid vallen buien op het Europees continent, maar het beeld is wisselend. Geopolitiek nieuws kan de koers in korte tijd ook naar boven stuwen, zoals we hebben gezien. Met een lage eindvoorraad, grote vraag en moeizame export is niet veel nodig om de prijs verder te laten pieken.
