Minimumprijzen of niet, Russische exporteurs trekken zich er niets van aan, zo blijkt uit de nieuwe Ikar-notering van Russische tarwe. Europa heeft door de concurrentie uit Rusland moeite om voet aan de grond te krijgen in de grote afeztmarkten in Noord-Afrika en het Midden-Oosten.
Het decembercontract voor tarwe op de Matif sloot gisteren €0,50 hoger op €216,25 per ton. Op de beurs in Chicago deden de granen een stapje terug. Tarwe was de grootste daler en sloot 1,2% lager op $5.65½ per bushel. Bij maïs bleef het verlies beperkt tot 0,2% en kwam daarmee uit op $4.30 per bushel. Soja sloot 0,5% in de min naar $10.11¾ per bushel.
Rusland is en blijft de prijsvechter op de tarwemarkt. Marktbureau Ikar verlaagde de notering voor Russische tarwe met $5 naar $228 per ton. Dat is ruim onder de minimumprijs van $245 per ton die het Russische ministerie van Landbouw samen met de exporteurs heeft afgesproken. De prijsverlaging heeft de Russische export afgelopen week overigens niet echt geholpen. Volgens SovEcon exporteerde Rusland vorige week 770.000 graan waarvan 720.000 ton tarwe. Een week eerder voerde Rusland nog 1,2 miljoen ton graan uit waarvan 1,12 miljoen ton tarwe.
Voordeel van zwakke euro
Dat tarwe in Parijs redelijk overeind bleef – zeker als je het afzet tegen de daling in Chicago – heeft volgens analisten vooral te maken met de daling van de euro. De Europese munt zakte naar de laagste koers sinds november 2022. De lagere koers is een stimulans voor de Europese export. Wil Europa de concurrentie aan kunnen met Russische tarwe op de grote afzetmarkten in Noord-Afrika en het Midden-Oosten, dan zou de Europese tarweprijs nog een stap terug moeten doen.
Een extra onzekere factor in de tarwehandel is wat Trump gaat doen met de oorlog tussen Oekraïne en Rusland. Als de Amerikaanse president het voor elkaar zou krijgen om beide partijen aan de onderhandelingstafel te krijgen en een wapenstilstand of zelfs een vredesverdrag te laten tekenen, zou de graanexport vanuit beide landen daar een stimulans van kunnen krijgen, stellen sommige experts.
Voorsprong in export
Een andere groep analisten wijst erop dat beide landen nu al relatief veel graan uitgevoerd hebben. Oekraïne heeft sinds de start van het exportseizoen op 1 juli 15,3 miljoen ton graan geëxporteerd, zo blijkt uit de nieuwe cijfers van het Oekraïense ministerie van Landbouw. Daarmee loopt de export 52% voor op vorig jaar. Ruim de helft van de Oekraïense graanexport, namelijk krap 8 miljoen ton, is tarwe. Daarmee loopt de uitvoer van tarwe 60% voor op vorig seizoen. APK-Inform houdt de oogstprognose voor graan in Oekraïne gelijk op 52,5 miljoen ton. Van die oogst is 37,3 miljoen ton beschikbaar volgens het bureau, tegen 51 miljoen ton die een seizoen eerder werd geëxporteerd. Relatief krappe voorraden werden overigens ook aangestipt in het Wasde-rapport van afgelopen vrijdag. De eindvoorraden van tarwe komen bij verschillende grote exporteurs uit op het laagst niveau in decennia.
Waar in Europa de graanmarkt wat steun krijgt van de valutaschommelingen hebben de Amerikaanse exporteurs juist last van een sterke dollar. De Amerikaanse dollar steeg naar het hoogste punt in vier maanden. Amerikaanse graan, en dan vooral tarwe, was al relatief duur op de wereldmarkt en wordt hierdoor voor landen buiten de VS nog duurder. Verder stond tarwe wat onder druk door neerslag op de prairies in de VS. Droogte in het wintertarwegebied van de VS lost daardoor op en de regen is natuurlijk goed voor de ontwikkeling van de wintertarwe in het land.
In maïs en soja nemen verschillende speculanten afgelopen handelssessie hun winst na de rally vorige week volgens verschillende analisten. De wat negatievere stemming werd nog versterkt door een daling van de olieprijs. Dat komt vooral door zorgen over een zwakke vraag uit China. De haperende economie aldaar is weer voer voor speculaties wat de gevolgen van een eventuele handelsoorlog met de VS zouden zijn.