De tweede Global Dairy Trade van november levert een gemixt beeld op. Waar de melkpoeders verder omhoog bewegen, muteren mozzarella en cheddar juist behoorlijk fors omlaag. Boter en AMF daarentegen blijven relatief stabiel.
Met een generieke plus van 1,9% tot $4.089 per ton is de stijging aanzienlijk minder spectaculair dan twee weken geleden toen de index met bijna 5% steeg. Het beeld is ook diffuser. De kaasprijzen gaan bijvoorbeeld behoorlijk hard omlaag, mozzarella zelfs met 6,6% tot $4.315 per ton. Dit is het laagste niveau sinds juli. Enkel Europees product werd verhandeld. Cheddar daalde met 4,1% in prijs tot $4.834 per ton. Dit kan gerust een trendbreuk worden genoemd, want sinds begin juli was sprake van een opwaartse lijn.
Groot prijsverschil in boter
Met een beperkte plus van 0,5% passeert boter de psychologische grens van $7.000 per ton. Europees product ging fors duurder ($1.000 per ton hoger) van de hand, maar de boterindex werd gedrukt door Nieuw-Zeelands aanbod dat veel goedkoper is. Dit komt waarschijnlijk doordat Nieuw-Zeelandse producenten toewerken naar de seizoenspiek van melk en daardoor over een (relatief gezien) ruimer aanbod beschikken. De aanvoer ligt bovendien aanzienlijk voor op voorgaande jaren. In Noordwest-Europa ligt het seizoensdal juist net achter ons. AMF dat op de voorlaatste veiling een nieuw record vestigde, stijgt met 1% verder tot $7.622 per ton.
Volle melkpoeder hoogst sinds zomer 2022
Met een plus van ruim 3% tot $3.826 per ton stijgt volle melkpoeder tot het hoogste niveau in tweeënhalfjaar. Ook hier valt op dat Europees product veel duurder is dan aanbod uit Nieuw-Zeeland. Ook op de wat langere termijn voelt de markt vast aan. Mogelijk komen de hogere prijzen door hernieuwde vraag uit China. Volle melkpoeder is het belangrijkste van de verhandelde fabricaten in Nieuw-Zeeland en zodoende zijn verdere prijsstijgingen waarschijnlijk. Met een plus van 0,9% tot $2.882 per ton kan magere melkpoeder overigens niet helemaal meekomen.