Schapenijs is nog vrij onbekend in Nederland, maar het wint aan populariteit. Bij schapenhouderij de Schapenstreek in het Noord-Hollandse Lutjebroek worden alle producten gemaakt van eigen schapenmelk. 'De smaak van schapenijs is 'skoftig' lekker (oftewel: enorm lekker). Er zitten ook veel gezonde vetten in,' aldus Anita van Alderwegen.
De West-Friese schapenhouder maakt al vanaf 2006 schapenijs. In 1999 begon zij samen met haar man Mark een schapenboerderij voor melk. "De schapen hebben (door de ligging van onze boerderij, in een natuurgebied) een ideale basis om te grazen, en geven daardoor ook smaakvolle melk. Dit is heel anders dan een pak melk uit de supermarkt. Dat vertaalt zich door naar ons schapenijs. Ik hoef er bijvoorbeeld geen room aan toe te voegen, want het smaakt van zichzelf al vol. Onze melk bevat 6% tot 8% vet. Een pak melk uit de supermarkt bevat 3,5% vet. Dit zijn ook nog eens heel gezonde vetten, dus dat is mooi."
Grote glimlach
Van Alderwegen ontvangt op de schapenboerderij veel dagjesmensen, die aan het varen zijn in Noord-Holland. "Door de coronacrisis is het aantal bootbezitters toegenomen en dat resulteert in hogere verkoopcijfers." Het idee is dat over een paar jaar meer ijs wordt verkocht, en minder kaas en zuivel. Van Alderwegen heeft geprobeerd het ijs in het schap van de super te krijgen, maar dat bleek moeizaam. "In Oostenrijk daarentegen is het wel zeer populair."
Naast thuisverkoop, verkoopt De Schapenstreek het product ook deels aan diverse restaurants in de regio. Die tonen steeds meer interesse. "Ik krijg hier veel gezinnen met kinderen, en die trekken in het begin weleens een vies gezicht, omdat ze denken dat schapenijs niet smaakt. Maar als ze het op hebben, dan zie ik een grote glimlach."
Elk jaar neemt de omzet toe
Ook in Zwolle is schapenijs bezig aan een opmars, bijvoorbeeld bij schapenhouderij De Vreugdehoeve. Op de biologische boerderij worden vijfhonderd schapen gemolken. Mede-eigenaar Marianne van Assen verkoopt het al een jaar of tien. "Melk is er in overvloed, dus wij maken hier allerhande producten van. Ik maakte al yoghurt, kefir en kaas, dus ijs was een mooie toevoeging. Het is echt aan het groeien in populariteit; elk jaar neemt de omzet toe. We begonnen met zeven bakken, en inmiddels hebben we vierentwintig soorten ijs die we het hele jaar door verkopen." Van Assen ziet schapenmelk- en ijs als een prima vervanger van koemelk. Ook dat is iets dat consumenten steeds meer aantrekt in dit (nieuwe) product.
Ook Van Assen verkoopt het ijs aan restaurants. "De groothandel toonde wel interesse, maar wij willen ons product liever exclusief houden. Nu kunnen we op allerlei wensen van restaurants inspelen, en dat kan niet meer als je groter wordt. Wat ook wel leuk is; ons ijs werd vorige week op een groot evenement in Amsterdam verkocht bij het Scheepvaartmuseum. Zo krijg je steeds meer naamsbekendheid. Daarnaast zijn we ook online inmiddels goed ingespeeld op de veranderende markt."
