Grootse plannen had de Russische supermarktketen Mere. De prijsbreker had het plan om dit jaar nog tien winkels in België openen en een aantal in Frankrijk, Groot-Brittannië en Duitsland. In totaal zou het in de laatste drie landen gaan om honderd filialen. Het gaat om winkels met prijzen onder die van ketens als Aldi en Lidl, waar de producten in dozen opgestapeld staan en winkels met minimale fratsen. Met dat model bouwde Mere in Rusland en Oost-Europa het afgelopen decennium een netwerk van 2.500 vestigingen op.
Maar de geplande opening in het Vlaamse Opwijk ging niet door. "Mere vroeg en kreeg zijn socio-economische vergunning, voor een filiaal aan de Steenweg naar Vilvoorde," zegt burgemeester Inez De Coninck van Opwijk in Het Nieuwsblad. "Maar nadien hebben we niets meer van hen gehoord. We wilden nochtans op de hoogte blijven van hun opening deze maand, zodat de politie de verkeersdrukte daar dan wat in goede banen kon leiden. Ik weet niet wat er aan de hand is."
Geen leveranciers
Dat weet retailkennisplatform Gondola wel. Mere kan geen leveranciers vinden die aan hun scherpe voorwaarden voldoen. Het businessmodel van Mere is gebouwd op leveranciers die hele lage prijzen rekenen, zelf hun producten naar de winkels brengen en bovendien alleen betaald worden voor dat wat daadwerkelijk verkocht wordt. Alle risico's van derving en logistiek schakelt Mere uit. In het voormalige Oostblok werkt dat, maar in Duitsland (waar de teller op vijf winkels staat), Frankrijk en België stropt het. En dus stropt ook de uitrol.
Retailexpert Gino Van Ossel wijst erop dat de markt in West-Europa danig verschilt van die in Oost-Europa. "Mere is zeer populair in het voormalige Oostblok, waar de inkomens diep onder die van ons liggen. Voor zeer veel mensen is de laagste prijs er allicht de belangrijkste motivatie om bij Mere te winkelen. Ook bij ons is er een groep mensen die met heel weinig geld moet zien rond te komen. Voor hen zijn de prijzen dus de belangrijkste reden om voor een bepaalde winkel te kiezen. Maar die groep klanten is veel kleiner dan in het Oostblok. Te klein om een hele keten op te laten draaien."
Van Ossel trekt de vergelijking met de uitrol van Albert Heijn en Jumbo, die gestaag hun opmars in België plannen vanuit een sterke positie in het thuisland. "Een nieuwe winkelketen uitrollen vergt tijd," zegt hij. "Mere wil lopen nog voor het kan stappen."
Dit artikel maakt deel uit van de contentsamenwerking tussen Foodbusiness en Foodlog.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.