Supermarkten zijn en blijven terughoudend in het verhogen van consumentenprijzen. De oorlog in Oekraïne zorgt voor verdere opwaartse druk op veel grondstofprijzen. Een groot deel van de kostenstijgingen dreigen voor rekening te komen van de keten: voedselproducenten en boeren. Dat blijkt uit onderzoek van RaboResearch.
De glastuinbouw en een groot deel van de voedselverwerkende industrie zijn afhankelijk van gas voor het opwarmen van kassen, het invriezen van producten of het verhitten of bakken daarvan, aldus Sebastiaan Schreijen, specialist consumer foods bij RaboResearch Food & Agribusiness. "Telers of producenten die hun gasgebruik niet hebben afgedekt door middel van leveringscontracten, krijgen de volle gasprijsstijging direct voor hun kiezen." Sinds de invasie in Oekraïne is de gasprijs met 90% gestegen tot $320 per vat. De extra kosten lopen voor energie-intensieve gebruikers al snel op tot miljoenen euro's per jaar, rekent Schreijen voor.
Broodbakkers ook nog geconfronteerd met hoge graanprijs
Broodbakkers en koekproducenten hebben daarnaast te maken met de hoge graanprijs. "Die is in één week tijd met ruim 25% gestegen naar €361 per ton." Nederlandse bakkers gebruiken zelf nauwelijks Oekraïens graan, maar Oekraïne en Rusland zijn samen goed voor ongeveer 30% van de wereld-exportmarkt. "Bakkers ontkomen zodoende dus niet aan de hogere graanprijzen om feitelijke leveringen zeker te stellen", aldus de consumer foods-specialist.
Als de oorlog onverhoopt langer duurt dan zes maanden, de sancties effectief blijken en de Zwarte Zee-havens gesloten blijven, kan de graanprijs volgens Schreijen verdubbelen ten opzichte van de prijs van afgelopen januari: tot €550 per ton. Hogere graanprijzen kunnen daarnaast indirect bijdragen aan duurdere aardappelen en (industrie)-groente, omdat deze producten om dezelfde akkerbouwgrond concurreren, stelt hij.
Prijzen nog niet doorbelast aan de consument
De sector kampt al sinds halverwege 2021 met een historisch ongekende kostprijsinflatie door diverse factoren, waaronder de logistieke verstoringen door de coronapandemie en personeelsschaarste. Producenten gaven in oktober aan ongeveer 10% hogere verkoopprijzen nodig te hebben om de gestegen kosten te dekken en sindsdien zijn de grondstofkosten alleen nog verder gestegen, geeft Schreijen aan. "De hogere kostenbasis van eind vorig jaar is zeker nog niet volledig doorbelast aan de consument. Verre van zelfs. Vanwege stevige (prijs)-concurrentie zijn supermarkten terughoudend in het verhogen van de schapprijzen."
Omdat de aanleiding voor de nieuwe ronde prijsstijgingen zo overduidelijk is, zijn supermarkten mogelijk iets toegeeflijker, verwacht RaboResearch. "Ze eisen dan wel bij leveranciers dat de prijsverhoging wordt teruggedraaid zodra de grondstofmarkten daar mogelijkheden toe geven."
Historisch gezien leiden hoge prijsstijgingen nauwelijks tot hogere supermarktomzetten, geeft RaboResearch aan. "Geconfronteerd met hogere prijzen gaan consumenten namelijk down traden naar goedkopere kanalen of goedkopere producten en in het uiterste geval wordt er minder voedsel gekocht."
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.