De inflatie in Nederland is in november gedaald, maar is met 11,2% nog steeds hoog. De lagere inflatie is vooral te danken aan lagere energieprijzen, blijkt uit de cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De groep voedingsmiddelen, dranken en tabak is de enige categorie waarin de geldontwaarding toenam.
De inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP) was in oktober nog 16,8%. De inflatie wordt in vier groepen ingedeeld: industriële goederen exclusief energie en motorbrandstoffen, energie inclusief motorbrandstoffen, voedingsmiddelen, dranken en tabak, en diensten.
Energie was in oktober nog 99,7% duurder dan een jaar eerder. Deze maand november kost energie 41,6% meer dan in dezelfde maand van 2021. De prijzen voor industriële goederen werden op jaarbasis in november 7,1% hoger. In oktober was dit 7,8%. De inflatie bij diensten was in november 5,4%, tegenover 6,1% in oktober. Waar de inflatie in de andere groepen vergeleken met vorige maand daalden, stijgt die voor voedingsmiddelen, dranken en tabak. In oktober waren de prijzen daarvan op jaarbasis 11,5% hoger, deze maand is dat 12,5%.
Tegemoetkoming telt niet mee, energieplafond wel
De tegemoetkoming voor de energiekosten van €190, die in november en december van dit jaar wordt uitgekeerd, wordt gezien als inkomenssteun en heeft daarom geen invloed op de inflatiecijfers, meldt het CBS. Het prijsplafond dat vanaf 1 januari 2023 gaat gelden, heeft wel een directe invloed op de prijs van geleverde elektriciteit of gas. Dit plafond wordt daarom wel meegenomen in de inflatiecijfers.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.