Laurens Zandbergen

Interview Laurens Zandbergen

Jan Zandbergen bedient vrijwel elke vleesmarkt

20 November 2023 - Matthijs Bremer

'Jan Zandbergen Group is bij lange na niet meer de handelaar of de importeur die het oorspronkelijk was', vertelt marketingmanager van de Jan Zandbergen Group en kleinzoon van de oprichter Laurens Zandbergen. Het bedrijf heeft inmiddels ruim driehonderd mensen in dienst en schreef in 2022 een omzet van €600 miljoen. Die omzet behaalt het bedrijf met een zeer divers portfolio.

Lees Foodbusiness 14 dagen gratis

Maak gratis én vrijblijvend 14 dagen kennis
met onze marktinformatie

Onbeperkt alles lezen?

Kies het abonnement dat het beste bij u past

  • Toegang tot alle Premium marktinformatie
  • Technische Analyse van grondstoffen en valuta
  • Inzicht in actuele prijzen en noteringen
Voordeligste keuze
Heeft u een tip, suggestie of opmerking naar aanleiding van dit artikel? Laat het ons weten

In vrijwel elke grote vleesmarkt is het bedrijf actief en het klantenbestand bevat allerlei partijen van de retail en foodservice tot de industrie. Inmiddels levert het bedrijf ook direct aan consumenten via e-commerce. De laatste jaren is het bedrijf ook met groot enthousiasme actief op de markt voor vleesvervangers. Hoewel deze tak op het moment zo'n 5% van de omzet binnenhaalt, is het zeker een succes. Met de veganistische krabkoekje won Jan Zandbergen de innovatieprijs van Europa's grootse foodbeurs, de Anuga. Laurens Zandbergen vertelt Foodbusiness hoe het bedrijf zoveel verschillende activiteiten in de lucht houdt.

Een krabkoekje klinkt niet direct als een typisch product voor een Nederlands bedrijf. Hoe zijn jullie bij dit product uitgekomen?
"Ik kende het krabkoekje eerlijk gezegd ook niet. We zijn toevallig bij het product uitgekomen. Eerder dit jaar waren we met onze vleesvervangers bij PLMA. Daar presenteerde wij onze plantaardige krab waar de Amerikanen heel enthousiast op reageerden. Die zeiden dat we er krabkoekjes van moesten maken. Een paar maanden later hadden wij een Amerikaanse retailer op bezoek. Daar hebben we wat samples voor gemaakt. Die hebben we zonder tests laten proeven. Dat is best een risico, maar het viel meteen goed. Dus hebben we het recept geoptimaliseerd en gelanceerd op de Anuga. De jury vond het heel overtuigend en de bezoekers ook."

Jan Zandbergen heeft een heel innovatiecentrum met een focus op producten als vleesvervangers, maar jullie maken daarmee slechts 5% van de omzet. Is de aandacht wel in verhouding tot de volumes?
"Het is een kwestie van balanceren. Aan de ene kant waken we ervoor dat we er niet te sterk op inzetten. Aan de andere kant is de focus op vleesvervangers een investering naar de toekomst toe. De sector is natuurlijk jaren bezig geweest met het efficiënter en goedkoper maken van vlees. We zijn daar heel goed in geworden, maar we lopen tegen allerlei zaken aan rond duurzaamheid. Dus we vragen ons steeds meer af of het allemaal nog wel kan. Daarom spreken we liever van vleesopvolgers. We zijn nu wel in gesprek met partijen die flinke volumes willen afnemen. We spreken nu bijvoorbeeld met een cateraar van een Canadese luchtvaartmaatschappij. Dat soort projecten zijn heel interessant. Daarnaast beginnen de volumes te groeien." 

Jullie focussen binnen vleesvervangers op de Aziatische markt. Waarom zetten jullie op die markt in?
"In tegenstelling tot de westerse markten is de markt in Azië nog niet verzadigd. Dat geldt ook voor de horeca, dus daaraan leveren we ook. De supermarkten in Noord-Europa zijn een heel ander verhaal. Tegenwoordig zie je in supermarkten een enorm schap met heel veel dezelfde producten. Dat zorgt ervoor dat mensen naar een minder product grijpen en dan denken 'ik geloof het wel'. Wij denken dat onze producten beter zijn, maar wij zijn niet van plan onze merken in de schappen te leggen. Wij vinden het niet realistisch om in zo'n kleine markt met zes andere merken de concurrentie aan te gaan. Daarnaast zien we er geen brood in om mee te doen aan de bizarre eisen van supermarkten op het gebied van marketingbijdragen. Helemaal omdat er een hoop start-ups tussen zitten die zomaar €100 miljoen van hun aandeelhouders mogen verbranden. Wij vinden het veel logischer om private label te leveren." 

Jullie vleesvervangers zijn halal en koosjer. Hoe werkt die certificering bij vleesvervangers?
"Ik moet eerlijk zeggen dat het me verbaasde dat je vleesvervangers halal of koosjer zou moeten produceren, want het is natuurlijk geen vlees. Maar het bleek erg belangrijk voor onze export naar landen als de Emiraten om redenen die niets met vlees te maken hebben. Zo maakten wij de jus voor ons vegetarische stoofvlees met een kleine hoeveelheid wijn. Daardoor is het gelijk al niet meer halal."

Mensen associëren import vaak met vervuiling, maar dat is niet altijd terecht

Laurens Zandbergen

Laten we het dan over jullie grootste activiteiten hebben. Jan Zandbergen zit zo'n beetje in elke tak van formaat in de vleessector. Hoe houd je de lijn in zo veel verschillende activiteiten?
"In tegenstelling tot veel andere bedrijven in de vleessector ligt er veel verantwoordelijkheid op een laag niveau. We hebben verschillende divisies die relatief autonoom opereren. Bij een traditioneel familiebedrijf als Jan Zandbergen lag er natuurlijk veel kennis bij een relatief klein aantal mensen. Het was best wel even spannend om de beslissingen zo uit handen te geven. We proberen die kennis meer in de teams te interfereren. We moesten echt leren loslaten, en het scheelt dat de lijnen nog altijd heel kort zijn."

Hebben jullie überhaupt een focus of voornaamste activiteit?
"Er zijn wel een paar duidelijke lijnen. We zijn één van de grootste pluimveevleesimporteurs van Europa. Daarbij focussen we met name op de import van filets uit Oekraïne, maar ook uit Thailand en Brazilië. Een groot deel daarvan wordt als gekookte kip geleverd voor gemaksvoeding. Wij hebben een heel gespecialiseerd team dat zich richt op die keten. Zo'n team hebben we ook voor rundvlees van hoge kwaliteit, waaronder vlees van graangevoerde runderen. Dat zijn wel de grootste takken. Daarnaast focussen we op merken en concepten en wat convenience en ook een stukje vleesvervangers."

Pluimveevlees importeren uit Oekraïne is een behoorlijk controversiële activiteit. Volgens de Nepluvi voldoet vlees uit het land niet aan de Europese standaarden. Maken jullie je daarmee niet impopulair?
"Dat verwijt is volledig onterecht. Ook geïmporteerd vlees moet aan de Europese regels voldoen. Dat gebeurt onder toezicht van de Europese Veterinaire Dienst. Die keurt alle producten. Als men erachter komt dat je onder die standaarden produceert, komt het vanzelf uit en dan wordt je bedrijf op een zwarte lijst gezet en wordt je exportvergunning ingetrokken. Bovendien vinden wij de eisen van de Europese Unie nog aan de magere kant."

De import en export van vlees ligt maatschappelijk onder vuur. Hoe gaan jullie hiermee om?
"We willen vaker inzetten op lokale producten. Dat is best wel ingewikkeld. Aan de ene kant is er steeds meer vraag naar lokale producten, maar tegelijkertijd moet de lokale productie weg. Import lijkt me dan ook niet te vermijden. Dat betekent niet dat we onze hele manier van werken gaan aanpassen. Mensen associëren import vaak met vervuiling, maar dat is niet altijd terecht. In de praktijk is de import van soja als veevoer voor Europese runderen vervuilender dan de importen van dierlijke halffabricaten. We verwachten dat de invoer van soja in het algemeen een groter thema wordt. Dat krijgt vast ook impact op de markt van vegaproducten. In Australië grazen kuddes op open graslanden. Die komen in hun leven geen hek tegen. Dat is in Europa niet haalbaar. Bovendien bestaat er niet maar één soort rundvlees. Een Holstein-koe smaakt heel anders dan een Black Angus- of Wagyu-rund. De vraag naar geïmporteerd vlees zal vast blijven."

Bel met onze klantenservice 0320 - 343 368

of mail naar support@foodbusiness.nl

wilt u ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in uw inbox

Aanmelden