Al tientallen jaren verwerkt en verkoopt Van Gelder met succes groenten en fruit. In november 2022 besloot het bedrijf een 'enorme nieuwe productieruimte' in te richten voor vleesvervangers. Directeur Gerrit van Gelder vertelt waarom het bedrijf steeds meer stappen in die moeizaam lopende markt zet.
Volgens Van Gelder past een dergelijke niet al te vanzelfsprekende stap bij het bedrijf. Van Gelder bracht in de jaren 70 als eerste bedrijf in Nederland gesneden groenten op de markt. Iedereen verklaarde ze voor gek en vaak hoorden ze het commentaar dat het product voor luie huisvrouwen zou zijn. De markt is stapje voor stapje gegroeid en inmiddels zijn gesneden groenten niet meer uit de supermarkt weg te denken. Van Gelder denkt dat voor de markt voor plantaardige alternatieven een vergelijkbaar pad in het verschiet ligt.
Als je de jaarrekeningen van Van Gelder erbij pakt, dan krijg je het beeld van een gezond bedrijf. Ondertussen staat markt van vleesvervangers er niet al te florissant voor. Waarom hebben jullie ervoor gekozen om in die markt te stappen?
"Onze klanten, met name ziekenhuizen, kwamen met die vraag naar ons toe. Die gaven aan dat ze milieudoelen hebben, maar dat ze bepaalde producten missen om die doelen te halen. In de zorg willen veel klanten daarnaast meer groenten op hun bord, maar ze willen ook een complete maaltijd serveren. Ziekenhuizen willen dus naast hun groenten en aardappelen bijvoorbeeld een gehaktballetje of een groenteburger bij. We hadden we alles al in huis om daarmee te starten. Zo hadden we al 35 productielijnen staan waar we allerlei producten maken. Dus we dachten, waarom zouden we dat niet proberen?"
Wat misten ziekenhuizen dan?
"Vooral gezondere producten. Ziekenhuizen zijn op zoek naar gezondere plantaardige alternatieven. De producten die in de supermarkt liggen vinden ze niet geschikt. Daar zitten heel veel toevoegingen in die niet gezond zijn en de producten zijn te zout. Onze producten zijn clean label, allergenenvrij en bevatten weinig zout. Daarnaast gebruiken we in tegenstelling tot de meeste producenten niet alleen soja, maar verwerken wij peulvruchten en groenten in onze vleesalternatieven. Je moet het zo zien: bakkers maken een deeg; wij doen hetzelfde met groenten en peulvruchten."
Als ik het goed begrijp zijn de voornaamste afnemers van jullie vleesvervangers ziekenhuizen.
"De zorg is onze inspiratiebron geweest, maar we steken breder in en de horeca is net zo belangrijk voor ons. Zo leveren wij aan grote hotelketens zoals NH Hotels, Hilton Hotels en Van der Valk. Die laatste hotelketen kwam met een heel concrete vraag naar ons toe. Ze wilde graag een grote schnitzel van 250 gram omdat daar vraag naar was vanuit jongere klanten. Daarnaast leveren we ook veel aan cateringbedrijven zoals Sodexo en ISS, maar ook bijvoorbeeld voor Shell en allerlei bedrijfskantines. Vanuit dat soort bedrijven is er een enorme vraag naar plantaardige alternatieven en in salades verwerkte plantaardige producten. Daarnaast worden onze producten verkocht door Bidfood."
U geeft aan dat gezondheid belangrijker is voor ziekenhuizen, maar ook consumenten vinden gezond eten steeds belangrijker. Ontstaan daardoor ook kansen in de retail?
"Die kansen zijn er zeker. Consumenten hebben op het moment natuurlijk een hoop negatieve associaties met vleesvervangers vanwege de toevoegingen en steeds controversiëlere grondstof soja die in bijna alle producten gebruikt worden. Toch geloof ik dat consumenten nog altijd voor vleesvervangers openstaan. Heel veel jonge consumenten vinden hun gezondheid heel erg belangrijk en willen wel wat meer betalen voor gezonder producten. We zijn nog wat minder actief in de retail, maar we tasten die markt wel af. We beginnen daar nu regionaal mee, maar we focussen voorlopig nog niet op die markt. We willen in eerste instantie niet op prijs concurreren, maar focussen op de kwaliteit van het product en dat gaat moeilijk in de supermarkt."
Gerrit Van Gelder
Jullie verwerken van oudsher groenten, maar meestal staat eiwit binnen vleesvervangers centraal. Is dat bij jullie ook zo?
"We zorgen er inderdaad voor dat in onze vleesvervangers veel eiwitten zitten, aangezien dat een heel belangrijke belangrijkste brandstof is. Als eiwittenbron gebruiken we vooral erwtenproteïne en gefermenteerde favabonen. Dat zijn ingedroogde tuinbonen. We fermenteren de favabonen omdat je ze minder sterk in het eindproduct terug proeft en ze zijn ook nog eens een stuk gezonder."
Jullie gebruiken dus voornamelijk groenten in jullie vleesvervangers. Daarin ligt vast een kans om minder courante producten te verwaarden?
"De productlijn is inderdaad erg geschikt om restproducten te verwerken. Als we bijvoorbeeld de roosjes van broccoli afhalen om te verkopen als gesneden groenten, verwerken we de stronken in onze broccoliburger. Die verwerken we tot een deeg en dat gebruiken we als basis voor de burger."
De markt voor plantaardige alternatieven wordt gedomineerd door bedrijven met enorme marketingbudgetten. Hoe lukt het jullie daar tegenop te boksen?
"Wij moeten het niet hebben van enorme reclamecampagnes. In plaats daarvan werken wij intensief samen met onze partners zoals Van der Valk. Als zij vragen om een grotere schnitzel, dan maken wij die. Om die feedback naar ons toe te halen, organiseren we allerlei evenementen waarop iedereen samenkomt, zoals proefsessies en diners. We laten aan elke tafel een medewerker aanschuiven. Zo horen we precies wat de wensen van onze klanten zijn."