De Europese varkensexport is in 2024 licht gestegen. In de praktijk kan echter het beste worden gesproken van een stagnerende markt. De verhoudingen zijn zeer vergelijkbaar met 2023. Spanje voerde overduidelijk het meeste vlees uit. Ook in de uitvoer per bestemming zijn weinig grote wijzigingen, al zijn er wel enkele verrassingen.
De Europese varkensvleesexport is in 2024 licht toegenomen met 0,4%, van 4,19 miljoen ton naar 4,2 miljoen ton. Vergeleken met voorgaande jaren moet dit als een stagnatie worden beschouwd. Vergeleken met 2022 lag de export 18,5% lager en in verhouding tot 2021 is de export met 30,6% gedaald. De waarde van de export nam eveneens licht toe. In 2024 exporteerden de lidstaten samen voor €12,66 miljard aan varkensvlees. Dat is een stijging van 0,8% ten opzichte van het jaar ervoor, toen de export op €12,56 miljard uitkwam.
Spanje profiteert van grote afzet vleesonderdelen
De verhoudingen van de export zijn amper veranderd vergeleken met 2023. De voornaamste exporteur was Spanje. De uitvoer van het land lag met 1,32 miljoen ton ver boven de uitvoer van de rest uit. Nederland bleek in 2024 de op een na grootste Europese speler op de wereldmarkt. Nederland exporteerde ongeveer 665.500 ton varkensvlees. Denemarken komt daar vlak achteraan, met een uitvoer van 598.000 ton.
Spanje heeft een duidelijk voordeel vergeleken met andere Europese landen, aangezien het land in verhouding tot de andere grote exporteurs de meeste vleesonderdelen exporteert. 52,4% van de Spaanse export bestaat uit vleesonderdelen. Dat is ongeveer 10%-punt meer dan het aandeel van de nummer twee, Denemarken, dat voor 42,5% aan vleesonderdelen afzet. De Nederlandse export naar derde landen bestaat daarentegen bijvoorbeeld voor 32,8% uit vleesdelen.
Dat is ondanks de relatief hoge gemiddelde prijs van Spaans varkensvlees. De Spaanse exportprijs komt op €3.260 per ton uit. Alleen de Deense exportprijs is hoger. De exportprijs van het land komt door hoge salarissen in de vleessector uit op €3.360 per ton. Dat de hoge prijzen het succes niet drukken komt voor een groot deel doordat Spanje veel vlees van luxe varkens van het Duroc- of Iberico-ras produceert.
Van alle grote exporteurs komt de Nederlandse gemiddelde prijs van €3.150 per ton op de derde plaats. Het mag geen verrassing zijn, maar de Poolse prijzen zijn van de grootte exporteurs het laagst. De gemiddelde prijs per ton in het Oost-Europese land komt uit op €2.660 per ton.
Stagnerende export
In grote lijnen stagneert de export naar de meeste grote markten. De export van het Verenigd Koninkrijk steeg bijvoorbeeld met een fractie van een procent van 875.000 ton tot 877.000 ton. De export naar de andere traditioneel grote markten daalde licht door de sterke concurrentie met Brazilië en de Verenigde Staten. De export naar de grootste afzetmarkt China nam met 3,6% af tot 1,15 miljoen ton. Vergeleken met de daling van boven de 20% per jaar van de afgelopen drie jaar kan ook hier van stagnatie gesproken worden. De export naar Japan daalde ondertussen met 1% tot 317.000 ton. De export naar Zuid-Korea steeg daarentegen met 3,8% tot 236.500 ton.
Wel nam de export naar de Filipijnen met 23,9% toe tot 364.000 ton. Door uitbraken van Afrikaanse Varkenspest (AVP) importeerde het land aanzienlijk grotere volumes waar het beschikbaar was, ongeacht de prijs. Opmerkelijk is ten slotte dat de export naar de Verenigde Staten met 12,9% is toegenomen tot 105.000 ton, terwijl het land volop exporteert omdat de Amerikaanse prijzen ruim onder de Europese liggen. Helemaal als een verrassing komt dat echter niet. Door nieuwe, strenge dierenwelzijnswetgeving in Californië is er sprake van een krap aanbod aan vlees dat aan deze nieuwe standaarden voldoet. Aangezien de Europese normen al aan deze wetgeving voldeden, weten verschillende Europese landen hiervan te profiteren.