De laagste prijzen voor voedsel en niet-alcoholische dranken in de Europese Unie zijn te vinden in Roemenië. Gemiddeld liggen de prijzen in het Oost-Europese land 34% lager. Dat blijkt uit de meest recente cijfers van statistiekbureau Eurostat. In Denemarken betalen consumenten het meeste voor voedingsmiddelen en non-alcoholische dranken.
De voedselprijzen en kosten voor non-alcoholische dranken liggen in Roemenië 34% lager dan in andere Europese landen, zo blijkt uit gegevens van Eurostat. Met name de horecasector hanteert in het Oost-Europese land lagere prijzen (-46%). Toch betekent het niet dat de Roemenen in kunnen slaan. Het gemiddelde inkomen ligt namelijk ook veel lager. Een Roemeen verdient gemiddeld €7,70 per uur, terwijl het Europees gemiddelde uitkomt op €27,70 per uur. Polen volgt op een tweede plek, met prijzen die gemiddeld 30% lager liggen.
De hoogste prijzen zijn te vinden in Denemarken. In dat zijn voedsel en non-alcoholische dranken gemiddeld 29% duurder. In Oostenrijk en Luxemburg moet gemiddeld 24% meer betaald worden dan het Europees gemiddelde. Eurostat meldt wel dat consumenten die meer te besteden hebben (en dus in de rijkere landen wonen) sneller kiezen voor kwalitatieve producten. Die zijn vaak ook duurder. Dit verklaart het prijsverschil voor een deel.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
