Nu de melkprijzen de turbo verder lostrekken, sluipt twijfel de zuivelmarkt binnen. Een tegenstrijdige samenloop van omstandigheden die niet geheel uit de lucht komt vallen. Een stabielere periode ligt namelijk in het verschiet.
De melkprijzen trappen in mei het gaspedaal nóg harder in. De uitbetalingsprijzen (exclusief de bonussen en premies) zijn bij Arla en FrieslandCampina de - in het verleden als onhaalbaar bestempelde - grens van €50 per 100 kilo gepasseerd. De verwachting is dat andere verwerkers spoedig volgen. Er is ook ruimte toe, nu de grondstofwaarde van melk ruim boven de €60 per kilo ligt. Zowel bij de productie van kaas, als op basis van de combinatie boter en magere melkpoeder.
Landelijk nieuws
De melkprijsrally is inmiddels ook landelijk nieuws. Verschillende media, waaronder de NOS, maakten er in de voorbije dagen melding van. Dit zet tegelijkertijd ook te denken. Wanneer de landelijke media schrijven dat de melkprijs hoog is, is dat vaak het keerpunt in de markt. Zo wordt weleens gezegd althans. Vaak worden landelijke media op het hoogtepunt van de markt wakker.
Dit lijkt ook dit keer het geval te zijn. Het is nog te vroeg om te spreken van een keerpunt op de zuivelmarkt, maar de noteringen verloren de afgelopen weken wel wat terrein. Met name magere melkpoeder lijkt te hard omhoog omgeschoten, waardoor Europese exporteurs het onderspit delven; ondanks de zwakke euro. Daar komt nog bij dat China, by far de grootste afnemer, dit jaar fors lagere volumes importeert. In maart importeerde het land zo'n 25% minder magere melkpoeder dan vorig jaar. De weipoederimport halveerde. Ook de botermarkt is afgelopen weken teruggezakt tot kort boven de €7.000 per ton, terwijl de kaasprijzen niet meer stijgen.
Met andere woorden: het hoogtepunt op de zuivelmarkt lijkt (voorlopig) achter ons te liggen.
Twee redenen
Deze zienswijze wordt bevestigd door twee redenen. Allereerst werkt de melkaanvoer in Noordwest-Europa toe naar de seizoensmatige piek. Hoewel de aanvoervolumes bij fabrieken behoorlijk achter blijven bij andere jaren, zal het effect van het weideseizoen merkbaar worden. Dit is nu al zichtbaar op de vloeibare spotmarkt, waar de schaarste meer naar de achtergrond is geraakt.
Daarbij neemt de vraag naar zuivel doorgaans wat af in de zomermaanden. Helemaal tijdens de vakantieperiode, wanneer consumenten naar andere landen reizen. Na twee vakanties in eigen land is er nu extra behoefte om cultuur te snuiven, dan wel de garantie te hebben op zonnig strandweer. De extreme drukte op Schiphol in de meivakantie lijkt een voorbode hiervan te zijn.
Stabielere markt in het verschiet
De combinatie van een hogere seizoensmatige melkaanvoer en vraaguitval geeft aanleiding te denken dat de hijgerige markt van afgelopen maanden een stabieler karakter krijgt. Temeer omdat retailers forse weerstand uiten tegen de hogere inkoopprijzen die vaak nog moeten worden doorberekend aan de consument. Omdat de zuivelvoorraden als aanhoudend krap worden beschreven, is het niet aannemelijk dat de prijzen komende tijd tegen een forse correctie aanlopen. Daarmee kunnen de melkprijzen op hoge niveaus standhouden.
Na de zomer wordt het spannend. Dan zakt de melkproductie terug, terwijl de vraag vaak aantrekt. Tegelijkertijd zijn er nog veel vraagtekens. Hoe gaat de zuivelconsumptie reageren op de hogere prijzen? Economen denken dat de impact van de inflatie vooral na de zomer merkbaar wordt. En wat gaat China doen? Blijft de import achter, of is dit slechts tijdelijk? De stabielere zomerperiode kan zomaar de stilte voor de storm zijn. Het derde kwartaal is doorgaans niet saai, waarbij het historisch gezien kan vriezen en dooien.