Op de markt voor palmolie lijkt zich langzaam een omslag te voltrekken naar een structureel lager prijsniveau. Reden is dat het product zich letterlijk uit de markt heeft geprijsd. Sinds begin april is palmolie duurder dan bijvoorbeeld koolzaadolie en zonnebloemolie.
Wat dat teweeg brengt, is het best zichtbaar op de Indiase markt. India is de grootste gebruiker en importeur van eetbare olie. Vanouds importeert het veel palmolie, hoewel ook veel zonnebloem- en soja-olie wordt gekocht. Palmolie heeft het voordeel dat het van dichtbij beschikbaar is en het product was sinds de Russische inval in Oekraïne ook lange tijd veel goedkoper. Dat is de laatste tijd anders.
De prijzen voor zonnebloemolie en ook koolzaad/raapolie zijn sterk gedaald door onder meer een betere beschikbaarheid. Soja-olie is nog wel duurder, maar dat product is om andere redenen toch gewild.
Gevolg van de gewijzigde prijsverhoudingen is dat Indiase importeurs hun aankopen van palmolie sterk hebben gereduceerd. Bestellingen zijn afgezegd en de blik is gericht op andere oliesoorten. Als gevolg daarvan lijkt de Indiase import gedurende mei te blijven steken op een schamele 410.000 ton, ongeveer de helft van de hoeveelheid die in de voorgaande maanden werd ingevoerd.
Tegenvaller Maleisië en Indonesië
Dat begint aan te komen in Maleisië en Indonesië. Er is meer onzekerheid op de termijnbeurs en er wordt druk gespeculeerd op aanstaande prijsverlagingen door Indonesië en Maleisië.
Lastig voor Maleisië en Indonesië is dat andere grote kopers ook nog staan te springen om meer palmolie te gaan kopen. Terwijl deze twee groot-producenten juist hun vermeende machtspositie op de palmoliemarkt eens wilden tonen, onder meer tegenover de EU, die hen aan een ontbossingswetgeving wil houden.