De grondstoffenmarkten zijn sinds de start van de coronapandemie naar recordhoogtes gestegen. Die hogere prijzen voor onder andere tarwe, maïs en plantaardige oliën werken nu door naar de boodschappenkar van de consument. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van marktbureau GfK. Gemiddelde gaven Nederlandse huishoudens over de eerste negen maanden van het jaar 3,6% meer uit aan de boodschappen.
De voedselprijzen liggen wereldwijd op het hoogste niveau in tien jaar tijd, zo meldde de Food and Agriculture Orginazation (FAO) dit jaar al regelmatig. Het doen van de boodschappen is daardoor flink duurder geworden, ook in Nederland. Dat bewijst nieuw onderzoek van marktbureau GfK nu ook. In de eerste negen maanden van dit jaar is de prijs voor de totale boodschappenkar met gemiddeld 3,6% toegenomen. Vooral de productcategorieën bier (+6,7% tot €1,91 per liter), persoonlijke verzorging (+6,5%), schoonmaakproducten (+6,1%), conserven (+5,4%) en diervoeding (+5,2%) laten fikse prijsstijgingen zien.
Dure grondstoffen
De extreme stijgingen op de grondstoffenmarkten liggen ten grondslag aan de hogere voedselprijzen. Met name de prijzen voor plantaardige oliën (+60%), granen (+41%), suiker (+53%), maïs (+38%) en vlees (+26%) zijn gedurende de coronapandemie door het dak gegaan. Dat toont de voedselindex van de Food and Agriculture Organization aan. Dinsdag 12 oktober komt de notering voor sojabonen op de CBoT in Chicago uit op $440,28 per ton. Voor maïs en tarwe wordt respectievelijk $205,70 en $269,70 betaald. Kijk je naar twee jaar terug, dan lagen de prijzen voor deze grondstoffen zeker $50 tot $100 per ton lager. Ook suiker noteert met $517 per ton fors boven het niveau van twee jaar geleden ($386 per ton).
Veel landen herstellen sneller van de coronacrisis dan gedacht. Dat heeft voor een enorme opleving de vraag naar bovenstaande grondstoffen gezorgd. Dit terwijl het aanbod gelijk is gebleven, of in sommige gevallen zelfs kleiner is. In bijvoorbeeld Brazilië lijdt zowel de koffieproductie als de sojabonenoogst onder extreme weersomstandigheden. Koos Gardebroek, landbouweconoom bij Wageningen Universiteit, trekt bij het Algemeen Dagblad een parallel met de huizenmarkt: "De vraag is groot, maar je tovert niet in één keer duizenden nieuwe woningen tevoorschijn. Dat geldt ook voor belangrijke basisgrondstoffen als plantaardige olie en granen."
Ook de gestegen gasprijzen hebben invloed op de stijgende voedselprijzen. Vooral in de glastuinbouw wordt hier hinder van ondervonden. Volgens Gardebroek lijdt dat tot een dilemma: de kassen leeg laten of verlies nemen op hun producten. In beide gevallen stijgen de prijzen voor bijvoorbeeld tomaten en komkommers. Of door schaarste, of door hogere productiekosten.
Hoogtepunt nog niet bereikt
En het hoogtepunt is nog niet bereikt, zo is de verwachten. De huidige vraag naar landbouwproducten is groot en in het aanbod zal op korte termijn weinig verandering plaatsvinden. Immers, de ramingen van onder meer het Amerikaanse ministerie van Landbouw (USDA) zijn door klimaatverandering niet al te positief voor bepaalde grondstoffen. Ook de logistieke kosten gaan de komende tijd nog niet omlaag. Weinig reden voor de grondstoffenmarkt dus om te zakken naar pre-coronaprijzen.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.