De Vegetariërsbond en de True Animal Protein Price Coalition (TAPP Coalitie) presenteerden afgelopen week in Nieuwspoort de resultaten van een onderzoek van Wageningen University & Research over de werkelijke vleesprijs. Volgens de organisaties, de opdrachtgevers voor het onderzoek, moet de prijs van vlees flink omhoog omdat je er ziek van wordt. En nu weten we wat de gezondheidsschade daarvan kost.
De prijsverhoging moet tot stand komen door de gezondheidskosten die het eten van specifiek rood en bewerkt vlees op termijn met zich meebrengt direct in het product door te berekenen. TAPP zegt dat als alle kosten bij winkelprijs worden opgeteld, de kiloprijs voor rood vlees met €7,50 en voor bewerkt vlees met €4,30 (bewerkt vlees) omhoog moet. Dan hebben we het alleen nog maar over de ongezondheidsbelasting op vlees. De organisatie wijst erop dat in beginsel ook de kosten van uitbraken van besmettelijke dierziekten (zoals bijvoorbeeld ruimingen door vogelgriep of varkenspest), natuur- en milieuschade (stikstof) en gezondheidsschade door fijnstof niet zijn meegenomen.
Ook de kosten die ontstaan door de vermindering van het aantal werkzame jaren als gevolg van ziekte zijn niet verdisconteerd. En dat geldt ook nog eens voor de gezondheidsproblemen die ontstaan door slechte bereiding van vlees, denk aan besmettingen met salmonella en campylobacter. De onderzoekers bouwden een model en stopten daar een keuze van cijfers uit eerdere modellen in. De uitkomsten van hun rekenwerk bedienen TAPP en de Vegetariërsbond op hun wenken met onderbouwingen waar iedere vleesetende Nederlander van schrikt.
Kloppen ze ook? Een simpele check op de kracht van het model maakt het mogelijk onderscheid te maken tussen feiten en rekenwerk.
Onderdeel van een menu
Het model om de echte en eerlijke prijs te bepalen voor voedingsproducten, in dit geval vlees, neemt uitsluitend de negatieve gezondheidseffecten van vleesconsumptie mee. Maar wat je ook eet, het is onderdeel van een menu. Daarom is het moeilijk is om gezondheidseffecten enkel en alleen toe te schrijven aan één ingrediënt. Dat geldt net zo goed voor vlees als voor boontjes of een boterham. Ook al neemt het WUR-rekenwerk waar TAPP zich op baseert een gezond dieet als uitgangspunt, de focus ligt op een te hoge vleesconsumptie. Die wijkt daarmee af van een gezond eetpatroon. Wie zo zijn argumenten construeert, kan van ieder product iets lelijks zeggen.
Voedselconsumptie heeft per definitie gevolgen voor de gezondheid in zowel positieve als negatieve zin. Zelfs te veel water drinken is geen goed idee en schadelijk voor de volksgezondheid. Vlees bestaat uit een rijk palet aan voedingsstoffen, die zeker niet allemaal ongezond zijn - de meeste zijn zelfs gezond te noemen. Dat neemt niet weg dat er een negatieve associatie bestaat tussen het eten van rood en bewerkt vlees en het risico op een aantal ziekten. Mogelijk hangt dat samen met een hoge consumptie.
Dat betekent echter in ieder geval niet dat er een causaal verband bestaat en dat de door TAPP in absolute zin aan vleesconsumptie toegeschreven ziekten en ziektekosten een direct gevolg zijn van vleesconsumptie. Bovendien zijn andere risicofactoren van invloed op onze gezondheid, waaronder leefstijl en genen.
Hoekige 'wetenschap'
TAPP wil de productie en consumptie van vlees verminderen. Vanuit het perspectief van klimaat en milieu heeft die gedachte geen extra argument nodig. Voedselconsumptie heeft gevolgen voor landgebruik en daardoor voor milieu en klimaat. Wie de resultaten van het onderzoek naar de gezondheidseffecten van vlees echter uitdrukt in gezondheidsschade per kilo, zet de meest zinvolle factoren bewust buiten spel en overdrijft andere. Daar komt nog eens bij dat de sommen gebaseerd zijn op een opeenstapeling van modellen. Dat zijn versimpelingen van de werkelijkheid om een vergrootglas te leggen op specifieke aspecten en andere even het zwijgen op te leggen.
De voorgestelde vleesprijzen mag je dan ook met een korreltje zout nemen. Al helemaal omdat onlangs het plantaardige EAT/Lancet dieet door kritische onderzoekers toch echt te radicaal werd bevonden. Het onderzoek had bijvoorbeeld kunnen pleiten voor vleesquota per persoon per week, maar liet duidelijk ruimte voor een heel andere adviesrichting. Het lijkt erop dat TAPP en de Vegetariërsbond niet alleen onderzoek, maar ook de resultaten erbij bestelden. De wetenschap leverde die. Hoe politiek correct ook, dat mag kwalijk heten.
Dit artikel maakt deel uit van de contentsamenwerking tussen Foodbusiness en Foodlog.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.