Ben & Jerry's doet een tweede poging om de verkoop van zijn Israëlische tak door moederbedrijf Unilever te stoppen. De ijsmaker is van plan om de komende weken een herziene klacht in te dienen bij de rechtbank in New York. Dat hebben twee insiders gemeld aan Bloomberg.
Twee weken geleden mislukte de eerste poging van Ben & Jerry's om de verkoop een halt toe te roepen. Het verzoek werd toen door de rechter afgewezen omdat het merk niet kon aantonen dat het imago van het ijsbedrijf onherstelbare schade zou lijden als gevolg van de overname.
Ben & Jerry's heeft een activistisch imago, zo zet het bedrijf zich in voor de rechten van vluchtelingen en klimaatrechtvaardigheid. De aanwezigheid van het merk in Israëlische nederzettingen in Palestijns gebied was dan ook een doorn in het oog van de ijsmaker uit Vermont. Het bedrijf haalde zich de woede van Israëliërs op de hals toen het bekendmaakte geen ijs meer te gaan verkopen in die gebieden.
De aankondiging was voor Unilever reden om de Israëlische activiteiten te verkopen aan de lokale licentiehouder Avi Zinger. Hierdoor kan ijs verkocht blijven worden in de bezette gebieden. De ijsmaker uit Vermont vindt dat de verkoop in strijd is met de sociale missie van het bedrijf en met de juridische overeenkomst die werd gesloten met Unilever toen het merk in 2000 werd gekocht.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.